Verbod op nieuwbouw kantoren is heilloze weg
Bouwnieuws | Door de redactie
Geplaatst: 28-05-2010
Minister Huizinga, demissionair minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) kondigde out of the blue aan dat nieuwbouw van kantoren alleen mag als er geen alternatieven zijn. Het hergebruik en de renovatie van bestaande en leegstaande kantoren dat zij voorstelt is een heilloze weg vindt de vereniging van betonproducenten BFBN.
Door Ton Pielkenrood, directeur BFBN
Niemand is blij wanneer kantoren leeg staan en niet meer gebruikt worden. Ook de Bond van Fabrikanten van Betonproducten in Nederland (BFBN) is uiteraard geen voorstander van (structurele en grootschalige) leegstand en veroudering van kantoorpanden. Het is immers een ongewenste vorm van kapitaalvernietiging die ook de publieke ruimte treft. Toch zal duidelijk moeten zijn dat het overgrote merendeel van de kantoren is opgezet met privaat kapitaal. Met andere woorden: de investerings- en exploitatierisico’s liggen voor een belangrijk deel bij private partners, die ook in dit opzicht opereren binnen overheidskaders, zoals bestemmingsplannen. Zij zijn de dupe bij leegstand, niet de overheid.
Pleidooi
Vandaar dat het pleidooi van minister Huizinga voor een terughoudend nieuwbouwbeleid, waarbij hergebruik van bestaande kantoorgebouwen voorop staat, gelet op de verschillende verantwoordelijkheden en rollen van publieke en private partners nogal verrassend is. De minister stelt immers voor dat nieuwbouw van kantoren slechts mag als er in dat opzicht geen alternatieven zouden zijn. Dat betekent de facto een forse rem op nieuwbouwplannen en -ambities en een beperking van sloop en herontwikkeling in de kantorenbouw. Ik vind dit een hoogst ongewenst signaal, zeker in een periode waarin de effecten van de financiële crisis nog dagelijks te merken zijn.
Door vanuit het ministerie een nieuw toetsingscriterium te introduceren brengt dat niet alleen meer bureaucratie met zich mee – terwijl de kabinetsinzet toch was het terugdringen van de administratieve lastendruk – maar ook een mogelijk nieuw en complex afwegingsmechanisme dat bij voorbaat tot interpretatieverschillen en juridische procedures zal leiden. Ernstiger is dat daardoor de investeringsbereidheid van ondernemers om nieuwbouw te plegen wordt ontmoedigd, waardoor niet alleen de werkgelegenheid in de bouw in het geding is, maar waardoor ook de kwaliteit van het (internationale) vestigingsklimaat wordt bedreigd.
Daarbij komt dat hergebruik en renovatie van bestaande kantoorgebouwen weliswaar populaire items zijn, maar dat in de praktijk – ook op het terrein van duurzaamheid en innovatie pas echte stappen voorwaarts worden gemaakt bij nieuwbouw. Sloop is daarbij veelal onoverkomelijk, maar vanuit een oogpunt van duurzaamheid op (middel)lange termijn is dat een verantwoorde optie, zeker gelet op alle randvoorwaarden die van overheidswege zijn opgesteld en de maatregelen van de bouwsector zelf. Juist nu zou fors geïnvesteerd moeten worden in nieuwbouw en innovaties, zowel op het terrein van kantorenbouw als op het gebied van woningbouw. Beleidsmaatregelen en eventuele financiële en fiscale stimuli zouden zich juist daar op moeten richten.
Overig Bouwnieuws
|
|