Kleine bouwbedrijven hebben de toekomst
Columns | Door Charles Groenhuijsen
Geplaatst: 25-01-2013
 Hier ging ik even over nadenken: ‘Kleine bouwbedrijven het minst getroffen door de crisis’. Het moest wel waar zijn want de kop staat boven een officieel persbericht van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Goeie cijferaars dus. Reuze betrouwbaar. Toch is het opvallend. Want juist die kleine bedrijven kunnen minder investeren in innovatie.
Ze hebben geen geld om mensen aan te nemen die echt alles weten van pakweg duurzaam bouwen, het aanleggen van zonnepanelen en neerzetten van windmolens. Grote bouwers kunnen scherpere prijzen bedingen bij toeleveranciers. En toch winnen de kleintjes? Ze hebben het natuurlijk ook moeilijk maar als je vergelijkt welke bedrijven percentueel de meeste omzet kwijt raakten dat doen de groten het veel slechter. Hoe komt dat? Charles Groenhuijsen kan niks bewijzen maar heeft zo zijn vermoedens.
Ik luister graag naar mensen. Bijvoorbeeld over hun werk: ‘Heb je het naar je zin op je werk?’ En dan maar afwachten wat er komt. Mijn ervaring: Binnen twee zinnen weet je of je gesprekspartner voor een groot of klein bedrijf werkt. Voor een groot ministerie of een klein kantoortje diep in de provincie. Spontane anwoorden over werk gaan zelden over salaris. Of dat je elke dag anderhalf uur in de auto moet zitten om er te komen.
Lanterfanten
De antwoorden gaan vaak over ogenschijnlijk kleine dingen. Ogenschijnlijk klein…. Want mensen praten over de groep waar ze in werken. En de lol zie er in hebben om iets goeds te maken. En dat je daar klanten blij mee maakt. Ik las een artikel onder de kop: ‘Crisis: Harder of blijer werken’. Gek, dat is helemaal geen tegenstelling. Wie met plezier werkt, werkt vanzelf ook harder. Het is toch ondenkbaar dat je gaat zitten suffen en lanterfanten als je je je werk enig vindt. Dan wil je aan de slag. Terug weer naar de mensen die ik naar werk vraag: Verontrustend vaak gaan de antwoorden over machteloosheid. Zo zeggen ze het natuurlijk niet. Maar als je even door de antwoorden heen prikt is dat heel vaak het achterliggende verhaal: Werknemers voelen zich gepiepeld. Door mallotige burocratische regels, door de directie die niet snapt wat op de werkvloer speelt, door werkindeling die totaal onlogisch is, door chefs en baasjes die op je afdeling worden gedropt maar van hun verstand niet afweten. Kortom: De misère van vooral grotere bedrijven en instellingen. De werkomgeving zonder menselijke maat.
Toekomst
We hebben met z’n allen geen idee hoeveel leuker werknemers het krijgen als je die ellende-factoren weet uit te schakelen. De eerste stap is simpel: Ga voor een klein bedrijf werken. Ik geloof in de koppeling: Klein bedrijf = meer plezier. Dat gaat natuurlijk niet altijd op, maar naar mijn onwetenschappelijke overtuiging, vaak ook wel. Toch? Nu kun je niet zonder grote bedrijven. Je hebt ze nodig voor grote projecten: Gebouwen, wegen, tunnels en bruggen. Maar we weten ook: Er is steeds meer kleinschalig werk. Een gouden toekomst dus voor de kleine, betrokken ondernemer. Zonder verlammende burocratie en hiërarchie. Zonder dikke handboeken met regeltjes en voorschriften. Gewoon lekker aan de slag. Gokje: Volgend jaar lees ik bij het CBS: ‘Kleine bouwbedrijven groeien al weer’.
Uit Bouwformatie 1/2/2013
Overig Columns
|